Diary for Welkom aan boord


Nieuwsbrief 16, Grenada

2004-07-15

Lieve allemaal,

Dit wordt alweer de laatste algemene mail van ons voor dit seizoen. We hebben tickets in de pocket en vliegen 27 juli naar Amsterdam, voor een lekker lange zomer in Nederland. De planning is om 5 oktober weer terug te zijn op ons bootje hier in Grenada.

Ons voornemen was om, na de heerlijke vakantie met Veroni en Dennis rond St Maarten, langzaam af te zakken richting Venezuela, waar we de boot op de kant achter zouden laten. De zaken zijn echter weer anders gelopen. Maar laat ik bij het begin beginnen.

18 Mei vertrekken wij `s nachts om 2 uur uit St Maarten, richting Barbuda. Dit is een laag koraal eiland omgeven door vele riffen en kilometers lang wit strand, waar niet zoveel jachten komen. We vertrekken vroeg om in het licht aan te kunnen komen, vanwege die riffen. Alle weerberichten hebben het over rustig weer en noordoosten wind, dus we kunnen er in een rechte lijn heen. Maar het wordt een pittige trip met stevige zuidoosten wind en we worden gedwongen de koers naar Antigua te verleggen. Onderweg vangen we twee Barracuda`s en gooien ze ook weer terug, vanwege de kans op een Ciguatera vergiftiging, waar deze vis drager van kan zijn en waar je erg ziek van wordt.

We zeilen in kleine stukjes rond Antigua. Het regent veel. Aan de noordkant van het eiland zijn een paar kleine eilandjes, waarachter we in de luwte ankeren. De natuur is overweldigend mooi.

Om niet een heel stuk terug te moeten zeilen en gewoon omdat het een uitdaging is, proberen we een nauwe onbeboeide doorgang door het rif. Met al m`n zintuigen op scherp om het rif te kunnen `lezen` (aan de hand van kleurverschillen en golfpatronen de dieptes te schatten) en Yvon achter de kaart op de computer, zoeken we de slingerende route van niet meer dan 25 meter breedte naar open water. Aan weerszijden van de doorgang eindigen golven van de Atlantische Oceaan in wit schuim op hun eerste obstakel na een lange reis vanuit West-Afrika. Verscheidene malen zeilen we over rotsen, die net onder het wateroppervlak liggen. Gelukkig gebeurt dit alleen maar op de electronische kaart en na een minuut of tien kan de hartslag weer wat naar beneden.

Van Antigua zeilen we naar Guadeloupe en willen via een rivier, de Rivière Salée, die het eiland in tweeën deelt, naar het zuiden. We vertrekken om 3 uur `s nachts om de verschillende bruggen te halen. Een aparte ervaring in het donker van de nacht alleen op apparatuur en met slechts een paar boeien tussen riffen te navigeren en vervolgens een smalle rivier op te varen, omgeven door moerassen met mangroves en jungle geluiden.

Net op het moment dat wij de tweede brug willen passeren, met aan weerszijden van de boot krap een halve meter, besluit Murphy toe te slaan!

De eerste brug was al wat smal voor onze ruim zeveneneenhalve meter brede boot, maar deze lijkt nog veel smaller. Nergens in onze guide wordt melding gemaakt van de breedte. Yvon staat aan bakboord, om aan die kant de ruimte in te schatten, terwijl ik aan het roer sta en stuurboord in de gaten houd. Er staat ook nog flink wat stroom op de rivier, dus we moeten snelheid houden om bestuurbaar te blijven. Kunnen we erdoor, of kunnen we er niet door? Verschillende mensen op de brug lopen naar de reling om ons gade te slaan.

En dan gebeurt het, een oud probleem, maar wat een timing: de bakboord motor heeft geen voortstuwing meer! En op één motor wil een catamaran rondjes varen. Tussen de meters hoge muren van een nauwe brugdoorgang nauwelijks de plaats om dat te oefenen. Alles lijkt echter goed te gaan, tot Yvon gilt dat de boot stuurboord uit moet, de barbeque die buitenboord aan de zeereling hangt dreigt achter de ingang van de brug te blijven hangen en de hele zeereling uit het dek te scheuren. De volgende momenten heb ik niet helemaal helder meer, maar we hebben nog steeds de zeereling en ook de barbeque hangt nog op z`n vertrouwde plek, zonder een krasje.

De frustratie is echter weer terug, wederom hetzelfde probleem met de saildrives, hetgeen onze plannen het afgelopen jaar al zo had beinvloed! Na het brugavontuur varen we op één motor en onder zeil door de drukke havenstad Point à Pitre. Bijkomend probleem is dat we de overgebleven stuurboord motor niet volledig kunnen gebruiken vanwege onbalans van de nieuwe schroef, ook een fabrieksfout, maar dat is weer een ander verhaal.

Met 3 knopen snelheid (en dat is niet veel) ontwijken we gigantische containerschepen en snelle ferries, voordat we uiteindelijk in een rustige hoek het anker kunnen uitgooien.

`s Middags willen we ons zelf troosten door lekker te gaan eten in de zeer Frans aandoende stad. We kiezen een terrasje aan de haven en mosselen. De fles witte wijn smaakt prima, maar de mosselen zijn niet te eten. Ook de cappuccino die de ober ons ter compensatie aanbiedt omdat we ons bord half vol met mosselen laten staan, smaakt naar bilgewater. We moesten maar snel weer verder!

We laten de donkere wolken boven Guadeloupe achter ons en zeilen richting The Saints. Dit zijn een paar kleine vulkanische, zeer schilderachtige eilandjes, die ook bij Frankrijk horen. Er zijn hier nooit plantages geweest, dus ook geen slaven, zodat er maar weinig bewoners van Afrikaanse afkomst zijn. Dit in tegenstelling tot de meeste andere Caribische eilanden. Het anker graaft zich in voor het enige dorp op het grootste eiland.

We huren een scooter, alle locals hebben er een. Het eiland is nog kleiner dan de kaart deed vermoeden en al snel hebben we alle wegen gehad.

We vieren mijn 51e verjaardag in een zeer romantisch en exclusief restaurant, wat tegelijkertijd een antiek atelier is, met fraai uitzicht over de baai. Het eten is haute cuisine. We komen in gesprek met een Frans stel en als zij vertrekken staat er ineens een fles champagne op onze tafel. Santé!

We ankeren op nog een aantal andere plaatsen tussen deze eilandengroep en klimmen, gewapend met een grote machete om ons een weg door het groen te slaan, naar een totaal overgroeid oud fort. Er is in deze gebieden heel wat afgeknokt tussen Fransen, Engelsen, Spanjaarden, Nederlanders en Denen.

Ondertussen wordt er druk gemaild met Yanmar, de fabrikant van onze saildrives. Er zullen onderdelen naar Martinique worden gevlogen.

Dominica, het volgende eiland, wordt ook een heerlijke ervaring. Met gunstige wind bewijst onze catamaran wederom haar fantastische zeileigenschappen, we laten meerdere boten, waaronder ook een catamaran, ver achter ons op weg naar dit eiland. Dominica is het armste eiland van de bovenwindse eilanden, maar met zeer vriendelijke mensen en een uitzinnige, bijzonder tropische en ongerepte natuur. We ankeren eerst aan de noordwest kant, waar we dikke maatjes worden met een local boat boy, die ons de omgeving laat zien. Hij vertelt ons over Dominica, onder het genot van vele koude biertjes. We zakken verder de kust af en ankeren uiteindelijk vlak bij de hoofdstad Roseau. Daar ontmoeten we oude bekenden van ons, de zeilboot Indigo en haar bemanning, waar we nu al meerdere keren mee hebben opgetrokken en met wie we weer een paar heel gezellige dagen doorbrengen.

Na hun vertrek doen we een stevige `hike` naar de hoogste waterval van Dominica, door de zeer indrukwekkende natuur.

We verkennen de oostkust van het eiland met een lokaal busje, totaal volgeladen met mensen en goederen. Ik krijg een paar dozen diepvries kippen tussen m`n benen geduwd. Passagiers moeten zich, vanwege de hoog opgestapelde handelswaar, met hulp van de chauffeur door de zijraampjes naar buiten wringen. We stoppen meerdere malen om de stroom uien te stuiten, die er via de niet afsluitbare achterklep vandoor gaan. Als we aan de andere kant van het eiland komen is de remvoering geheel versleten, wat het geluid veroorzaakt alsof we geen wielen meer hebben, maar dan hebben we gelukkig de loodrechte afgronden naast de weg al gehad! Niemand maakt zich echter druk en er wordt een hoop gelachen.

Wij lopen in tropische hitte over steile wegen door een gebied waar de oorspronkelijke Carib Indianen wonen, terwijl we mango`s en bananen zo uit de bomen en palmen naast de weg plukken. Er blijken geen busjes meer terug te gaan, er is al een hele tijd geen verkeer meer langs gekomen en het begint al donker te worden. Yvon had op de heenweg een klein guesthouse gezien, waar we misschien kunnen overnachten, maar uiteindelijk komen we via de open laadbak van een vrachtwagen weer terug bij ons drijvende huisje. Wat een prachtig ruig en vulkanisch eiland en wat een hartelijke en swingende mensen. Ons meest favoriete eiland, hopelijk komen we er nog eens terug.

Wij zijn ook weer even terug in Europa, althans zo voelt het op Martinique, het volgende eiland. We hebben een autootje gehuurd en toeren over perfecte wegen, compleet met vangrail en Franse bewegwijzering. Shoppen in een gigantisch winkelcentrum en betalen met Euro`s. Wat een contrast met het straatarme Dominica!

De door Yanmar opgestuurde onderdelen voor onze saildrives zijn vanwege een staking weer terug gezonden naar Europa ! We moeten twee tot drie weken wachten om ze opnieuw opgestuurd te krijgen. We besluiten ze maar naar Trinidad te laten sturen en onze plannen voor Venezuela te laten varen. Een beetje soepel moet je zijn. We slaan nog wat Franse kazen en wijn in en gaan weer op weg.

Door naar St Lucia, terwijl we voortdurend 25-30 knopen wind hebben met in zware buien uitschieters tot 40 knopen (windkracht 8 voor de landrotten). In al dat geweld hebben we plotseling ook nog beet met de vishengel. Snel alle (gereefde) zeilen weg om de snelheid uit de boot te halen, dit is een dikke! Na een heel gevecht, waarbij de molen regelmatig opnieuw uitloopt door de kracht van het dier en ik al aardig uitgeput begin te raken, hebben we het monster eindelijk vlak achter de boot, een zwaardvis! Net als ik me begin af te vragen hoe we deze jongen aan boord krijgen, springt hij (of zij) nogmaals hoog op uit het water en verdwijnt vervolgens diep onder de boot. De hengel buigt vervaarlijk krom door en dan ... knap, weg lijn, weg vis!

We verkennen St Lucia, in de ergste regen sinds maanden. Wegen veranderen in kolkende modderstromen, kompleet met grote keien en halve bomen die naar beneden komen zetten, terwijl wij in onze roze wegwerp Hema poncho`s naar boven klimmen, op weg naar het mooie uitzichtspunt over The Pitons. En toch is het weer de moeite waard!

Volgende eiland is Bequia, waar we al eerder waren en we meerdere bekenden tegen komen.

En dan weer verder, in een ruk naar Grenada. Het wordt een van de lekkerste zeiltrips, met een bakstagwindje (schuin van achteren) van 15 tot 20 knopen op een turquoise zee. Dit is zeilen zoals het in een passaatgebied behoort te zijn, maar het helaas niet vaak is! We worden in Prickley Bay verwelkomd door de Double Dutch, een Zuid-Afrikaans zeiljacht van twee Nederlands sprekende stellen, die elkaar ongeveer elk half jaar afwisselen. We kennen beide bemanningen en het is onmiddellijk gezellig. Vervolgens inklaren bij douane en customs, op elk eiland een onderneming met eigen regels, en er moeten weer de nodige flappen gelapt worden voor onduidelijke diensten.

In Grenada regelen we ook dat we bij een werf op de kant kunnen voor de tijd dat we in Nederland zijn. En na veel moeite hebben we dus ook vliegtickets. Yvon kan ontspannen, we komen op tijd in Nederland!

We willen nog even naar de baai waaraan die werf ligt, om er te kijken. Hoewel die baai slechts een paar inhammen verder naar het oosten is, worden we door de stroom sterk teruggezet en al kruisend duurt de overtocht veel langer dan gepland. Het loopt al tegen het donker als we tussen riffen door de baai invaren en willen ankeren. De eerste keer pakt het anker niet, we krabben als we op de motor achteruit slaan. Anker ophalen en opnieuw proberen. Wel lastig manoeuvreren op één motor. Ook de tweede poging mislukt. De derde poging lijkt te lukken, met 40 meter ketting uit. Maar plotseling roept Yvon, die voor met de ankerbediening bezig is, dat de ankerlier de ketting begint in te halen, terwijl ze de lier niet kan stoppen! Ik loop naar voren, in de veronderstelling dat ze misschien op een verkeerde knop heeft gedrukt. Terwijl de ankerlier nog steeds de ketting naar binnen trekt, blijkt het niet aan de bediening te liggen. Ik demonteer snel de bediening, maar zonder resultaat, terwijl de ketting nu vast dreigt te lopen onder de lier. Ik ren naar binnen om met de elektrische schakelaar de lier uit te schakelen, maar ook dat heeft geen resultaat! Er gaan allerlei scenarios door m`n hoofd terwijl de ketting krakend in een grote knoop onder de lier vastloopt. Dan zet ik de hoofdschakelaar uit en is er eindelijk rust. Maar met nog een meter of zeven ketting uit in zes meter water drijven we in het donker langzaam naar het rif. We liggen ook dicht tussen twee andere boten, zodat we op één motor weinig kanten uit kunnen.

De ketting zit muurvast onder de lier en elke keer dat ik de hoofdschakelaar aan zet, begint de lier slippend te draaien. Ik demonteer de schakelkast van de lier, om bij het relais te kunnen. Terwijl Yvon de hoofdschakelaar aan en uit zet geef ik met een schroevendraaier een paar ferme tikken op het relais. Gelukkig, het werkt en de lier stopt. En reageert ook weer op de bediening. Het relais was dus blijven hangen. De volgende keer zal ik sneller weten wat er moet gebeuren, voor alles is er een eerste keer, maar ik dacht echt even dat de boot behekst was. We zijn nog een tijd bezig om de ketting te ontwarren en de kontakten van het relais schoon te maken, maar uiteindelijk liggen we weer vredig achter het anker te deinen op de binnenrollende golven. Tijd voor een koud biertje. Zonder sigaret echter, ben nu bijna een half jaar geleden gestopt, hoewel zulke momenten me weer gemakkelijk aan het roken krijgen!

Als we bericht krijgen dat de onderdelen aangekomen zijn, vertrekken we om 4 uur `s nachts naar Trinidad. Het eerste deel van de tocht gaat snel, er staat veel wind. Er komen ook een paar zware onweersbuien over, met gierende wind en slagregens. Maar na 10 uur valt de wind helemaal weg en moeten we op de motor. Omdat we maar weinig toeren met de overgebleven motor kunnen maken en er een sterke tegenstroom staat, komen we het laatste stukje vrijwel niet vooruit. Drie uur lang staren we naar de haven ingang terwijl we erheen kruipen. De enige afleiding is de groep dolfijnen die we al meerdere keren op dit stukje tegenkwamen. Ze herkenden ons nog!

Trinidad wordt voor ons het bekende wachten, regelen, wachten, bellen, wachten, shoppen en wachten. Ik vervang duikend de slechte schroef voor een andere. Toch niet zo gemakkelijk onder water met hamer en schroevendraaiers!

Maar na een week hebben we weer twee werkende motoren! Wat een genot om gewoon het anker op te halen, zonder allerlei noodscenario`s in het hoofd te moeten hebben op een drukke ankerplaats, voor het geval de wind ineens draait, de stroom ons onverwacht verzet, of gewoon omdat een andere boot plotseling z`n koers wijzigt.

Er is nog een onderdeel van de saildrive vervangen en Yanmar verzekert ons dat de problemen nu tot het verleden behoren. We hopen het maar, we willen graag wat meer dan alleen maar rondjes om Yanmar dealers varen!

Natuurlijk meerdere bekenden gezien, we `woonden` hier immers bijna een half jaar, en we zijn weer helemaal op de hoogte van welke stellen uit elkaar zijn omdat de boot te klein werd, wie z`n mast verloor, wie overvallen is door piraten, wie op een rif liep en wie zelfs z`n hele boot verspeelde. Elke boot heeft zo z`n eigen drama!

De terugtocht naar Grenada, als afsluiter van dit seizoen, wordt weer super. Een prachtige dag, tussen alle regen van de laatste dagen door, met een heerlijk zwoele wind uit de juiste hoek. Veel beter dan dit wordt het niet! We vangen bovendien nog twee big eye tonijnen, onze favoriet voor sashimi.

Maar hoe gaat het nu met jullie zelf, zul je je misschien afvragen (of niet, maar dan vertel ik het toch)? Prima! We wennen steeds beter aan het bootleven en aan elkaar, na ruim anderhalf jaar. Klinkt misschien vreemd als je al meer dan dertig jaar samen bent, maar dit leven is zo anders dan met vaste grond onder de voeten. Je komt jezelf en elkaar af en toe hard tegen. Maar we zijn geloof ik al wat relaxter dan vorig jaar en zeker nog niet van plan om de boot permanent af te meren. En als ik, zoals gisteravond, op het voordek zit en naar de fonkelende sterrenhemel kijk, terwijl onze prachtige boot wiegend voor anker ligt in deze tropische baai, dan krijg ik tranen in mijn ogen van geluk. Het kon ook door de whiskey komen, maar in ieder geval voel ik me goed.

De 22e wordt de Sea of Time uit het water getild. Tot ons vertrek zijn we nog druk met voorbereidingen om haar ruim twee maanden in de tropen te kunnen achterlaten. Maar daarna zijn we weer in Amsterdam aan het Waterlooplein. Zal wel even wennen worden, maar we kijken ernaar uit jullie weer te zien.

Veel liefs van Yvonne en Maarten.

P.S. Als je iets wilt terugschrijven, waar we naar uit kijken, lees dan aandachtig wat er onderaan deze mail staat.

Of anders kun je ons gewoon bellen als we "thuis" zijn: 020-6260435.